Moorswater – Industrial Past & Present
Het dorp Moorswater ontstond op de kruising van de spoorweg tussen Liskeard en Caradon en het kanaal tussen Liskeard en Looe. De vlakke valleibodem leende zich uitstekend voor een goederendepot en de betrouwbare watervoorziening hielp andere industrieën, zoals betonbedrijven en een wolfabriek, groeien. Met de toenemende vrachten werd het kanaal ingeruild voor de spoorweg. Het dorp kende een periode van grote bloei met een Methodistenkapel. Kopererts werd van Looe naar Barry in South Wales vervoerd. De schepen keerden terug met kolen om gebouwen te verwarmen, stoommachines aan te drijven en gas te produceren. Wagons getrokken door paarden vervoerden kolen en passagiers over de Nieuwe Weg naar Liskeard.
Leisteen was een belangrijk importproduct zowel voor de bouw- als de landbouwnijverheid; een oude oven naast de spoorwegovergang getuigt hier nog van. Gebakken leisteen werd over de velden verspreid om de zuurtegraad deren van de grond en de toxische niveaus in de gewassen te vermin In 1910 nam het mijnverkeer af en de spoorweglus die passagiers en vrachten vervoerde van Coombe Junction naar Liskeard kreeg haar eindhalte in Moorswater. Het aftakelende dorp moest in de zestiger jaren plaats maken voor de verbreding van de A38.
Tegenwoordig rijdt vanuit Moorswater nog slechts 1 maal per week een trein met cement. Het industriële Moorswater wordt overspannen door het viaduct van het hoofdspoor. In 1881 werd de minder stabiele houtstructuur van Brunel vervangen door sterkere pijlers en een brugleuning in gietijzer. De oorspronkelijke pijlers staan nog naast het viaduct.